woensdag 18 januari 2012

Bracken


Bracken – Pteridium Aquilinum

De eerste keer dat ik over bracken hoorde spreken was door Alan Titchmarsh, de BBC –hovenier. Toen had ik slechts een terloopse belangstelling voor varens – soms zie je een enkel exemplaar op de vreemdste plekken in de stad, een dakgoot, bij een slooppandje, in de muur van een gracht. Het is een pioniersplant. Waar nog niets anders kan groeien daar grijpt de varen alvast zijn kans. Ik had er wat in de tuin staan. Aangeplant door een vorige bewoner. Zo kwam ik er achter dat varens ook woekeraars zijn. Zo zeer zelfs dat andere planten helemaal geen kans meer maken. Op een enkel viooltje na dan. Daar ging Alan Titchmarsh uitleg ook over, hoe de woekerende varen alle andere planten verstikte en op welke manier je van de bracken af kon komen.
Varens - Pteridium Aquilinum

De Engelse naam Bracken is ontleend aan het oud-Noors, de taal die de vikingen meebrachten naar Engeland. In Frankrijk staan de varens bekend als Grande Fougere of Fougere d’Aigle. In de middeleeuwen was het gewild materiaal en zo kostbaar dat men er de belastingen mee kon betalen. Varen werd gebruikt bij het maken van glas. Hier in de bergen hebben we nog steeds een paar glasblazerijen en zelfs een heus glasblazerijmuseum maar in vergelijk met de productie van glas in voorbije tijden stelt dat niet zoveel meer voor. Varens hebben de glasblazers niet meer nodig, ze stoken op gas. Verder werd varen als vloerbedekking van stallen gebruikt – het absorbeert vocht beter en isoleert beter dan stro. De net opkomende bladeren die nog in een krul gedraaid zitten beschouwde men als eetbaar. In Aziatische landen als Japan worden ze nog steeds als lekkernij geserveerd. Tegenwoordig weten we dat het verstandiger is deze jonge bladeren niet te eten, ze onttrekken Thiamine (vitamine B1) aan je lichaam, dat een vermindering van je geheugen als gevolg heeft  en regelmatig eten van de jonge scheuten kan zelfs leiden tot maagkanker.
eetbaar,maar niet gezond.

De varens horen eigenlijk meer thuis in laagland. Dat we hier toch enkele velden met varens hebben is het gevolg van menselijke activiteit. De velden zijn ontstaan door alle bomen te kappen. Sommige velden zullen misschien bedoeld zijn geweest voor het kweken van varens in een tijd dat er geld mee verdiend werd.  Daarna hebben er vooral schapen en geiten op de velden gestaan. Maar dat is inmiddels enkele decennia geleden en sindsdien zijn de varens alleenheersers op de velden – ook op velden die nooit voor hen bestemd waren.

Het is moeilijk om van de varens af te komen. Dit komt vooral door de wortels. De manier van wortelen van de varen wordt Rhizome genoemd. Het heeft een paar eigenschappen die maken dat varens het lang volhouden en telkens weer terug kunnen komen. De worteling is niet erg diep, maar de wortels van de verschillende varens grijpen zodanig in elkaar dat ze als een vilten kleed aan elkaar klitten. Omdat ze zo hecht aan elkaar wortelen krijgen andere planten nauwelijks een kans. Zijn de varens eenmaal volgroeid dan komt er geen licht meer op de grond en kunnen er geen kiemplanten meer opgroeien. De varen heeft dus geen concurrentie.
Slechts een paar dieren gebruiken dit hechte bos als schuilplek. Waaronder enkele vogels, een pad en de adder.

Het veld met varens in de brand steken, geen goed idee overigens midden in een bos, helpt niet. De wortels zullen onaangetast blijven en gewoon weer uitlopen.
Het veld omploegen helpt al evenmin, ook al worden de wortels van de varens beschadigd. Rhizome kun je in stukjes breken en weer planten. Er komt dan weer een gezonde plant uit te voorschijn. Voor wie even geen varens bij de hand heeft; ook gember heeft rhizome wortelstokken. Neem een gemberwortel, breek er een stukje van af en plant het. Er zal een gewone gemberplant uit groeien. 
Gember rhizome

Het is een manier van voortplanten die bij meer planten voortkomt. In feite is dan elke plant een kloon van de moederplant. Varen verspreidt zich echter ook door middel van sporen. En na het ploegen blijven die sporen op het veld achter. Deze kunnen zelfs na enkele jaren nog ontkiemen.
Het veld maaien helpt ook niet – ook dan blijven de wortels onaangetast.

Om van de varens af te komen is een combinatie van maaien en ploegen nodig. Vroeg in het jaar maaien – wij gebruiken een zeis en een bosmaaier – voorkomt dat de varens sporen gaan verspreiden. Zodra de varens weer de kop op steken is het nodig om opnieuw te maaien. Dan de bodem ploegen. Of zoals wij hebben gedaan, een paard op het veld zetten, de hoeven zullen de grond geleidelijk omwoelen en de wortels van de varens beschadigen. Gemiddeld duurt het dan zo’n drie jaar om van de varens af te komen.     

Een veld hebben we afgelopen jaar vrij gekregen van varens. Nog een paar velden te gaan…

Tom Verhoeven
Auvergne, winter 2012

2 opmerkingen:

  1. Een rhizoom of wortelstok is eigenlijk een horizontale, ondergrondse stengel, wat er boven de grond uitkomt zijn dus bladeren (in het geval van de adelaarsvaren) of zijtakken (gember, munt, citroenmelisse, wilgenroosje, grote brandnetel, kweek, om er maar een paar te noemen). Dat is ook goed te zien op de gembertekening: op de wortelstok zitten knopen (nodes), knoppen (buds) en een soort rudimentaire bladeren, de schubben (scale leaves). Op de knopen ontspringen de wortels, bladeren en zijtakken.
    De echte wortels zitten onder de wortelstok, wortels hebben geen knopen of bladeren, al kan er in sommige soorten, meest struiken, wel opslag uit de wortels komen (sleedoorn, meidoorn, kornoelje).

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Helemaal correct ! Dank voor de uitvoerige aanvulling en de heldere uitleg. Vriendelijke groet, Tom Verhoeven.

      Verwijderen