Toen de Romeinen deze bergen introkken volgden
ze de rivier de Besbre. Dit lijkt ook de meest verstandige keuze – de rivier
geeft de manschappen en hun dieren water en in de zomer verkoeling. Langs de
rivier is er voldoende grasland te vinden voor de paarden en het vee. Bovendien
stroomt de rivier al meanderend naar het Noorden, hier kan men niet verdwalen.
Toch hadden de Romeinse legioenen strikte
orders niet langs een rivier te trekken. Beter was het om een pad te kiezen of
aan te leggen dat hoger gelegen was. Vermoedelijk hielden de Averni zich al
langer aan die regel, veel van de echt oude Keltische paden zijn nog steeds
terug te vinden en ze lopen wel evenwijdig met een rivier, maar er nooit langs.
Eigenlijk kun je in dit jaargetijde pas goed zien waarom de Romeinen zich aan
die regel hielden. Door de regen veranderen de rustig kabbelende beken in snel
kolkende watermassa’s. De grote hoeveelheid water maakt dat de rivieren meer
ruimte nodig hebben. De rivieren raken overvoerd en verspreiden hun water over
een alsmaar breder gebied. De overstromingen zijn niet altijd zichtbaar, pas
wanneer je dichterbij de rivier probeert te komen merk je dat de grond zo
drassig is dat je er in wegzakt tot je knieen. Een moderne four-wheel-drive zou
hier niet eens doorheen komen, laat staan een Romeinse ossenwagen of
strijdwagen. Het hoger gelegen pad is
echter nog steeds goed begaanbaar.
In Nederland zijn de waterstanden op veel
plaatsen erg hoog. Het is een trend van de laatste jaren. Er valt meer regen in
Nederland, maar ook in de omliggende landen waar de grote rivieren gevoed
worden door kleinere beken en rivieren. En al dat water komt naar Nederland. Nu
zou je verwachten dat Nederland, een delta-land met zoveel ervaring met
wateroverlast, in de zomer flink gewerkt heeft om de dijken te verhogen en te
versterken. Dit blijkt niet het geval. Op tal van plaatsen dreigen dijken het
te begeven. Op een enkele plek heeft het water de dijken al doorbroken. Ad hoc
worden nu oplossingen gezocht, bijvoorbeeld door het plaatsen van zandzakken
bij de dijken en bij de huizen. Ad hoc oplossingen zijn typerend voor het
moderne management. Bewoners zijn vergeefs in de weer met plastic om hun spulletjes nog
enigszins droog te houden. En boeren zoeken het hoger op, waarbij ze hun vee
achterlaten (ondenkbaar in de tijd van de Romeinen en Averni), wetend dat mocht
het verdrinken, de overheid toch wel met vergoedingen over de brug komt.
En dan blijken er mensen in Nederland te zijn
die hun huis in de uiterwaarden hebben laten bouwen. In ieder opzicht de
slechts denkbare plek om te bouwen. Er is elke winter kans dat de uiterwaarden
vol lopen met water. En met een hoge waterstand is het helemaal niet te
vermijden. De bewoners zouden dit dus van tevoren kunnen weten, maar ze reageren
verbaasd en zelf gefrustreerd. Er worden klachten door hen ingediend en men
eist een schadevergoeding.
Soms kan ik me niet van de indruk losmaken dat
de Romeinen en Averni het beter aanpakten en beter begrepen. Ergens in onze
moderne tijd zijn we iets kwijt geraakt; zoiets als ons alledaagse gezond verstand.
Tom Verhoeven
Auvergne, winter 2012
Gezond verstand is met het water weg gespoeld
BeantwoordenVerwijderen