No-one pretends that
democracy is perfect or all wise. Indeed,
it has been said that democracy is the worst form of government except
for all those others that have been tried from time to time.
Winston Churchill (11 november 1947 speech house of commons).
Demokratie bedeutet zur Geltungkommen eines jeden nach können und
Verdienst. Karl Jaspers, Vom
Ursprung und Ziel der Geschichte.
werkbij, dar en moer |
Eeuwenlang werd gedacht dat een bijenvolk geregeerd werd
door een koning. Het paste ook wel bij
het middeleeuwse staatsbestel, de koning als absolute alleenheerser. Het moet iets van een teleurstelling geweest
zijn dat er in een bijenvolk nauwelijks een rol is weggelegd voor de mannen en
dat er al helemaal geen mannelijke heerser over het volk is. De belangrijkste rol is weggelegd voor de
grootste vrouw van het bijenvolk en met dat beeld van de heersende koning nog
in het achterhoofd kreeg deze de naam van koningin. Wie een kijkje neemt in een bijenkorf valt
het al gauw op dat de koningin voortdurend omringd wordt door een groepje
bijen; de hofhouding. Deze bijen zorgen
voor de koningin vooral door haar te voeden.
Imkers spreken niet van een koningin maar van een moer, en dat is een benaming die beter klopt. De moer is geen vorstin, maar de moeder van
alle bijen in de korf. Haar eigenlijke
taak is het leggen van eitjes, verder heeft ze niets te zeggen over waar het
bijenvolk gaat wonen, hoe de korf wordt ingedeeld, welk voedsel er wordt verzameld of waar het
voedsel wordt gehaald; kortom, ze heeft geen besturende of controlerende
taak. Ze heeft zelfs geen zeggenschap
over haar eigen levensduur, zodra ze niet meer voldoende eitjes legt wordt ze
vervangen door een nieuwe moer.
Eigenlijk bestaat elk bijenvolk uit een ideale democratie.
Er zijn veel soorten bijen die we ruwweg in twee typen
zouden kunnen indelen; de solitaire bij en de eusociale bij.
De solitaire bij is helemaal op zichzelf aangewezen of
schoon sommige soorten wel gebruik maken van het gezelschap van bijen van dezelfde
soort. Het zijn echte
individualisten. Ze zoeken zelf een
geschikte partner voor de bevruchting, nemen
zelfstandig beslissingen bij het vinden van een geschikte plek om een eitje te
leggen, maken zelf het nest, bevoorraden
het en laten hun nakomelingen vervolgens achter om het zelf uit te zoeken. Dit gaat al miljoenen jaren zo, dus een
slechte methode van leven kan het niet genoemd worden.
De sociale (eusociale) bij die wij kennen als de honingbij
is geen individualist maar een insect dat handelt in consensus met de rest van
zijn familie. Zouden we een solitaire
bij vergelijken met een honingbij dan lijkt er niet zoveel verschil te
zijn. Kijken we echter naar een
honingbij en vergelijken die met het bijenvolk dan zien we dat het bijenvolk
als geheel gezamenlijk over meer kennis, meer vaardigheden, meer intelligentie
beschikt dan de individuele honingbij.
Bij sociaal levende dieren, zoals de mens, denken we vooral
aan familiegroepen die elkaar nodig hadden om te overleven, om voedsel te
vergaren, te jagen, te bouwen, voedsel te verbouwen en om de groep te
verdedigen tegen aanvallen van buitenaf.
Als we al die dingen onafhankelijk zouden kunnen doen, dan lijkt de
keuze om als individualist te leven zo’n vreemde nog niet. Het is echter al vaker aangetoond dat de
groep als geheel over meer intelligentie en meer emotionele weerbaarheid beschikt
dan ieder individu van de groep op zich.
Dit lijkt haaks te staan op het beeld dat de moderne
Westerse mens van zichzelf heeft; een
individualist, zelfstandig, onafhankelijk, vrij van opgelegde normen en
waarden, op zichzelf problemen
oplossend, alleen gaand door het leven met incidenteel een partner,
emotioneel sterk genoeg om alles wat hem/haar overkomt zelf aan te kunnen en
bovenal intelligenter dan alle
anderen.Onze Westerse maatschappij lijkt volledig ingericht om het die einzelgänger naar de zin te maken.
Wat we vergeten is niet alleen dat de mens van nature een
sociaal dier is – we staan er niet meer
bij stil dat de mythe van het onafhankelijke individu relatief nieuw is. Een mythe die versterkt wordt door
voorbeelden van vroeger tijden en weergegeven in literatuur en vooral films;
van “lonesome cowboy” tot Vincent van
Gogh, van de onoverwinnelijke Rambo tot … er is een overvloed van voorbeelden
te noemen.
De dagelijkse werkelijkheid is echter anders. Mensen willen wel sterke individualisten zijn
die alles en alles aan kunnen,maar in de
praktijk valt dat niet mee. Men
ondervindt al gauw dat een steuntje in de rug of een schouder om op uit te
huilen meer baat geeft dan een paar uur langer werken, avondenlang staren naar de t.v. of het innemen van de variaties aan pillen
waar men tegenwoordig over beschikt.
Leven in een gemeenschap heeft zichtbare voordelen boven het
leven als individualist. Maar de gemeenschap
moet wel aan een aantal voorwarden voldoen.
De eerste voorwaarde is democratie.
De democratie als staatsvorm schiet vaak tekort en faalt
door het streven naar macht, naar overheersing door partijen met tegengestelde
belangen, door het dwarsliggen van
individuen met een verborgen agenda, en door gelobby achter de schermen
door industrie en militairen. Dat
verklaart misschien dat er ook een zeker wantrouwen is jegens de democratie –
iets dat ook doorklinkt in het bovenstaande citaat van Churchill. We zien de
democratie niet als perfect maar er is nu eenmaal niets beters en dus moeten we
het er maar mee doen. Maar erg serieus nemen we het niet.
De eigen wil tot macht en het persoonlijke gewin staan bij
de mens voorop. En dat lijkt de zwakke
schakel in een democratie. De filosoof Karl
Jaspers (zie bovenstaand citaat) heeft meer vertrouwen in de democratie,
volgens hem komt juist ieder mens overeenkomstig zijn kunnen en verdienste meer tot zijn recht in een democratie. Voor bijen geldt dit zonder meer. Er is geen streven naar persoonlijk gewin of
een wil tot macht, voor de bij draait
het hele leven om samenhang en overeenstemming. Elke bij draagt op haar manier bij aan de
groei en gezondheid van het bijenvolk als geheel.
Bijenzwerm |
Het duidelijkst is dit waar te nemen als een volk gaat
zwermen. Het oorspronkelijke bijenvolk
splitst zich op en een zwerm van zo’n 10.000 bijen verlaat de korf. De zwerm gaat zelden ver weg van de
oorspronkelijke korf en vind vrij snel een plek, vaak een boom of struik, waar
het zich groepeert tot een soort eivormige bol.
De zwerm blijft hier vaak twee, drie dagen en van af die plek worden er verkenners er op
uit gestuurd om te zoeken naar een geschikte nieuwe woonplek.
Er vertrekken zo’n twee-driehonderd van de meest ervaren
bijen die eerder al verantwoordelijk waren voor het vinden van nectar en
stuifmeel. Ze verspreiden zich in alle
richtingen, elk van deze verkenners weet precies waar ze naar op zoek is. De meest ideale plek voor de honingbij is een
sterke, oudere boom met een holte op een paar meter hoogte. Maar ook minder geschikte plekken worden
onderzocht. Als enkele van de verkenners
een geschikte plek hebben gevonden dan vliegen ze terug naar de zwerm om hun
bevindingen door te geven. Ze doen dit door een bijzonder ritueel ; de verkenner
danst in een bepaald patroon dat de richting en afstand aangeeft waar de nieuwe
plek zich bevindt en weet zelfs duidelijk te maken of het om een redelijk
geschikte of een uitermate geschikte plek is.
Is een plek echt uitermate geschikt dan wordt deze eerst door andere
verkenners bezocht. Hoe beter de plek
hoe groter het aantal verkenners dat er op af gaat om een kijkje te nemen.
Uiteindelijk moet er een keuze gemaakt worden. Dat gebeurt aan de hand van een quorum; de meeste stemmen gelden. Als de grootste groep kiest voor plek A en
een kleinere neigt naar plek B, dan wordt er massaal gekozen voor plek A. De gehele zwerm zal dan vertrekken en vliegen
naar die nieuwe locatie. De kleinere
groep die een voorkeur leek te hebben voor plek B laten hun keuze geheel varen
en werken even hard mee aan de opbouw van plek A als de nieuwe locatie. Tijdens het hele proces van informatie
verzamelen door de verkenners en informatie overdragen aan de andere bijen is
telkens te zien dat bijen moeiteloos hun
keuze opgeven als een andere bij met een betere optie komt. Dit duidt er op dat
er een zekere oprechtheid in hun aanvankelijke keuze zat. Er is geen sprake van een verborgen agenda of
een vorm van eigenwijsheid of halsstarrigheid.
Geeft elke bij altijd meteen zijn keuze op? Soms is een bij te zien die als maar de
richting van zijn keuze blijft aangeven ook al lijkt er een consensus te zijn
voor een andere lokatie. In dat geval
wordt de bij even aangepord – letterlijk,
door een andere verkenner waarbij er ook een geluidje gemaakt wordt.
“”Beep”; opletten we gaan ergens anders naar toe”. Maar ook dan zien we dat de bij zijn keuze probleemloos
opgeeft.
Democratie omvat meer dan stemgedrag. Het gaat er van uit
dat iedereen nadenkt over de mogelijke keuze,
zelf onderzoekt welke keuze de meeste geschikte is en de bevindingen met
alle anderen deelt. In zo’n situatie beschikt
de groep als geheel over meer kennis dan een individu. Dat is de kracht van bijen,
hun democratie is een filosofische democratie.
Zo’n vorm van democratie lijkt in groter verband niet weggelegd
voor de mens. Maar in kleinere gemeenschappen is het wel degelijk
haalbaar. Men kan zich oefenen in het
delen van kennis en het samen opdoen van
nieuwe kennis. Een gemeenschap met een
filosofische democratie naar het voorbeeld van de honingbijen kan zich zelf
zelfs onder moeilijke omstandigheden zonder onderlinge conflicten handhaven en
verbeteren.
Tom Verhoeven
Auvergne, winter 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten