dinsdag 30 oktober 2012

Aziatische Frelon (hoornaar)



Wat  wij kennen als een hoornaar wordt hier in Frankrijk een frelon genoemd. Het gaat om een soort grote versie van de wesp.  Vorig jaar (2011) hadden we een nest met hoornaars  in de schoorsteen. In de schemering zag je ze rond de opening van de schoorsteen vliegen en een aantal keren hadden we een of meerdere exemplaren in huis. Op een dag klaagde de buurvrouw dat zij er ook een in huis had aangetroffen en dat ze was gestoken.
De inheemse hoornaar (Vespa Cabro) komt in  geheel Frankrijk voor en net als de wesp is het een heel nuttig dier.  Ze leven van insecten en een volk kan per dag gemakkelijk anderhalve kilo insecten,  vooral kleinere insecten (o.a. muggen, vliegen)  wegvangen. Ze vormen vaak een nest in holtes, maar ook in verlaten huizen, zolders, schuren, schoorstenen – alles wat maar enige beschutting geeft kan geschikt zijn.  Ze vormen in vergelijking met honingbijen geen grote volken.  Een nest kan in een goede zomer uitgroeien  tot hooguit 1500 exemplaren.
Ook in Belgie en Nederland is de hoornaar inheems  - ofschoon het dier in Nederland wat minder vaak wordt gesignaleerd dan in Frankrijk.

Wesp (Vespula Vulgaris - gewone wesp)


 
Hoornaar (Vespa Cabro)



Aziatische hoornaar (Vespa Velutina)

Deze zomer kwam het bericht dat de Aziatische hoornaar (Vespa Velutina) zich definitief in onze contreien had gevestigd. De Allier is daarmee het veertigste departement waar de Aziatische frelon nu voorkomt en de eerste exemplaren zijn ook al in de meer noordelijke departementen – tot zelfs in Belgie – gesignaleerd. De Aziatische hoornaar zou hier in 2004 terecht zijn gekomen per schip  met een lading Chinese keramiek.  In heel korte tijd wist het zich te verspreiden over zuid- en midden Frankrijk. Zoals we wel vaker zien met uitheemse dieren bleek de frelon Aziatique uiterst succesvol. Het klimaat is gunstig, er zijn weinig natuurlijke vijanden en ze ondervinden zelfs geen hinder van wat toch hun naaste concurrenten zouden moeten zijn, de inheemse hoornaar.  

Verspreidingsgebied van de Aziatische hoornaar


De Aziatische hoornaars maken nesten van houtpulp, ze knagen  de bast van bomen met een zachte bast en vermengen het met hun speeksel tot  een kneedbare massa waar ze 60 – 80 cm grote nesten van bouwen. Groot genoeg voor een volk dat aan het eind van de zomer uitgegroeid kan zijn tot zo’n 5000 exemplaren.
De Aziatische hoornaar heeft een voorkeur voor honingbijen.  Ze blijven boven een bijenkast hangen en wachten op de bijen die naar buiten komen om honing en stuifmeel te halen. Het lukt de bijen zelden om te ontkomen.  Uiteindelijk kan de Aziatische hoornaar het  gehele bijenvolk uitroeien.  Sommige imkers melden al een verlies van 20 – 30 % van hun volken per jaar als gevolg van de komst van de Aziatische frelon. 

Het blijkt moeilijk te zijn om de Aziatische hoornaar te bestrijden, laat staan uit te roeien. Imkers hebben het advies gekregen om wespenvallen gevuld met een mengsel van siroop, witte wijn en bier bij hun kasten op te hangen en dat al te doen vanaf het voorjaar. Het idee is dat het jonge hoornaar-koninginnen aantrekt. Op zich lijkt het het wel te werken, maar er worden lang niet genoeg koninginnen hiermee gevangen. De vallen lijken vooral verkenners aan te trekken en inheemse hoornaars. Een andere oplossing blijkt het planten van hoge grassoorten voor de bijenkasten te zijn. Het voorkomt dat de Aziatische hoornaars bij de vliegopening of boven de kast blijven hangen. De bijenkasten die ik in Japan heb bekeken oogden wat rommeliger dan we hier gewend zijn doordat ze omgeven waren met spinnenwebben. Meerdere hoornaars (verkenners) zaten hierin vast. Het beschermen van spinnen en het niet opruimen van hun web kan baat geven. Sommige imkers hebben overigens ondervonden dat hun sterkere volken zich met succes weten te verweren tegen de hoornaar door met een groot aantal bijen op de vliegplank te verschijnen. Niet alle imkers delen die ervaring echter, de meeste volken vertonen nauwelijks verweer tegen de Aziatische hoornaar.

Aziatische hoornaar in de media.   

Natuurkenners zullen onmiddellijk toegeven dat er nadelen zitten aan de vestiging van een uitheemse hoornaar.  Toch is de manier waarop de media er over berichten nogal overdreven. In berichten die hierover verschijnen in kranten, tijdschriften, websites en zelfs weblogs wordt er flink gespeculeerd over het aantal dodelijke slachtoffers die al gevallen zouden zijn en de honderden mensen die in ziekenhuizen zouden verblijven als gevolg van een steek van deze frelon aziatique. Sommige media hebben het over de komst van Reuzenhoornaar en doen de indruk ontstaan dat we belaagd worden door een gigantische lukraak om zich heen stekende monster. In feite is de Aziatische hoornaar iets kleiner dan de inheemse hoornaar.   

Er bestaat overigens wel een reuzenhoornaar – de in Japan voorkomende Vespa Mandarinia Japonica is groter dan onze inheemse hoornaar.  De van oorsprong Europese honingbij heeft geen enkel verweer tegen deze hoornaars, de oorspronkelijke Japanse honingbij weet echter wel weerstand te bieden.

Zolang de nesten niet verstoord worden en men kalm blijft als een hoornaar in de buurt is zal men geen hinder ondervinden van de Aziatische hoornaars.  In tegenstelling tot de honingbij, die slechts een keer kan steken en vervolgens dood gaat als gevolg van het verlies van zijn achterlijf, kan de Aziatische hoornaar, net als de inheemse hoornaar, de gewone wesp en hommels meer dan eens steken.  Zo’n  steek is natuurlijk altijd onprettig, maar het is vooral voor mensen die er gevoelig voor zijn vervelend en soms zelfs gevaarlijk – het kan leiden tot een anafylactische schok.  Toch komt dit zelden voor en zal de schade veelal beperkt blijven tot een zwelling op de plek waar men gestoken is.

Tom Verhoeven
Auvergne, herfst 2012

1 opmerking: